Column: Burgerschapsonderwijs in een gepolariseerde samenleving
Wat vind jij ervan als een collega of leerling geen zin heeft om mee te schilderen aan de regenboogtrap of niet wil meedoen met Paarse Vrijdag? Hebben wij vanuit de burgerschapsopdracht niet de plicht om leerlingen en collega’s wat waardering bij te brengen voor dit soort initiatieven?
Op diverse scholen worden leerlingen op Paarse Vrijdag ziekgemeld. Hoe moeten we hier, los van de leerplichtwet (!), in het kader van het burgerschapsonderwijs verstandig mee omgaan? Wie moet toegeven aan wie? Als scholen staan we midden in de maatschappij; de (culturele) botsingen die er ‘buiten’ zijn komen automatisch mee in de klas. Hoe zorgen we ervoor dat ons burgerschapsonderwijs leerlingen met elkaar in dialoog laat gaan in plaats van dat het maatschappelijke tegenstellingen accentueert en, onbedoeld, polarisatie in de hand werkt?
Patrick Loobuyck, godsdienstwetenschapper, moraalfilosoof en hoogleraar in Antwerpen, schreef het boek Samenleven met gezond verstand. Daarin draagt hij, vanuit het politiek liberalisme van John Rawls, een concept aan dat ons kan helpen bij het omgaan met dit dilemma. Hij maakt namelijk onderscheid tussen de persoonlijke moraal en de publieke moraal.
Persoonlijk mag je op basis van jouw waarden en normen, opvoeding en cultuur vinden en zeggen wat je wilt zolang dat niet aanzet tot haat, geweld et cetera. Kortom: je hebt veel vrijheid. Maar als jij recht hebt op vrijheid, dan heeft een ander dat redelijkerwijs ook. Dus accepteer je met het pakken van je eigen vrijheid dat anderen ook hún vrijheid mogen hebben. De publieke moraal, de overlappende consensus, bestaat eruit dat we met z’n allen afspreken dat anderen een eigen invulling aan hun leven mogen geven, op basis van wederzijdse vrijheid en binnen de wettelijke en redelijke kaders. Dit heet: redelijk pluralisme.
Als wij met collega’s of leerlingen botsen door andersgeoriënteerde persoonlijke morele overtuigingen kan het dus verstandig zijn om het gesprek te hebben over de publieke moraal. Je constateert dan: wij zijn het niet met elkaar eens – en dat mag –, maar zijn we het er beiden wél over eens dat we elkaar ruimte willen geven voor onze persoonlijke moraal?
Burgerschapsonderwijs wordt op deze manier behoed voor het (onbewust) uitventen van (dominante) cultuurelementen. In plaats daarvan faciliteert ze het gesprek over de achtergronden van onze persoonlijke moraal en het gesprek over hoe we ons als gemeenschap met elkaar verbonden weten vanuit de overlappende consensus. Met het feit dat we tegenovergestelde levensvisies mógen hebben, vieren we tegelijkertijd onze gezamenlijke vrijheid en democratische rechtstaat; dat geeft ontspanning en verbinding.
Terug naar de aanleiding. Terug naar de collega die de regenboogtrap een merkwaardig idee vindt en de wegblijvende leerlingen op Paarse Vrijdag.. Zijn we, over en weer, bereid om naar elkaars persoonlijke morele afwegingen te luisteren? Een gewetensvraag voor ons en het burgerschapsonderwijs; is er binnen onze scholen genoeg ruimte voor de religieuze of culturele identiteit (lees: persoonlijke moraal) van leerlingen en docenten? Als die er niet voldoende is, zou ons burgerschapsonderwijs nog weleens onbedoelde polariserende bijeffecten kunnen sorteren.
Echte gelijkheid, inclusie en diversiteit zit hem dus misschien in het faciliteren van de ruimte voor de veelheid van levensovertuigingen en waarden en normen waaraan onze scholen rijk zijn en het daarbij bewaken van de wettelijke grens. Kortom: redelijk pluralisme als basis voor heikele punten binnen ons burgerschapsonderwijs.
Maar … anything goes? Onverschillig relativisme kan (vanuit het liberalisme en pluralisme) op de loer liggen. Daarom moeten wij, op basis van onze 125-jarige traditie binnen CVO, misschien nog een stap verder gaan dan Patrick Loobuyck voorstaat. Zijn wij, vanuit onze christelijke traditie, misschien ook niet geroepen om, te midden van de hedendaagse pluriformiteit en op basis van wederzijds begrip, samen – al tastend - op zoek te zijn en te blijven naar het goede, het ware en het schone?
Verder lezen? Lees dan het boek van Patrick Loobuyck, Samenleven met Gezond Verstand.
Dirk de Jong is beleidsadviseur bij de CVO-beleidsstaf voor sociale veiligheid en burgerschap.
Wil je reageren of iets delen? Neem contact op met Dirk de Jong via e-mail: d.dejong@cvo.nl