Jan Sintemaartensdijk
Conrector
Farelcollege
‘Voordat ik in 1973 de overstap maakte naar het voortgezet onderwijs was ik onderwijzer op een lagere school. Ik solliciteerde destijds als docent Engels op de Christelijke mavo, een voorganger van het Farelcollege. Toen ik in het nieuwe schooljaar daadwerkelijk startte, was er inmiddels ook een havoklas en niet veel later kwam het atheneum erbij.
Ik was intensief bezig met werving
Dat stelde de school voor een lastige puzzel: hoe vangen we al die kinderen met verschillende capaciteiten op, hoe gaan we splitsen? Als onderwijzer in de hoogste klas was ik daar natuurlijk al jaren mee bezig, dus op mijn nieuwe school ging ik daar gelijk over meepraten. Dat had grote gevolgen. Ik startte in september en in oktober was er een interne vacature voor een conrector. Ik durfde niet te solliciteren totdat de rector mij aansprak: “Jan, ik heb jouw sollicitatie nog niet gezien …” Om een lang verhaal kort te maken: ik werd conrector van de brugklas en ben dat 24 jaar – tot 1998 – gebleven.
Oud-leerlingen beginnen steevast over de reis naar Londen
Aanvankelijk selecteerden we in de brugklas bij de voordeur. Op basis van de gegevens van de lagere school plaatsten we leerlingen met een vergelijkbaar niveau bij elkaar. Dus in 1A zaten de slimste leerlingen, in 1H de zwakste. En dat terwijl ze nog niet eens aan de school begonnen waren. Dat vond ik onjuist, temeer daar kinderen elkaar nodig hebben als ze op een nieuwe school starten. Het is fijn om in een klas te zitten met vriendjes die je nog van de lagere school kent. Toen op een gegeven moment het leerlingenaantal terugliep, ging ik me intensief bezighouden met werving en onderwijsmarketing. Ik was een van de oprichters van een bovo-commissie (basisonderwijs-voortgezet onderwijs) en investeerde veel in goede relaties met de lagere scholen. Ook zocht ik voortdurend naar nieuwe gebieden die we konden aanboren. Het grootste succes had ik in Barendrecht, waar we op een gegeven moment veertig leerlingen voor de brugklas vandaan haalden. Uit de Beverwaard kwam een nieuwe groep leerlingen met een migratieachtergrond. Voor mij als oud-onderwijzer op een Rotterdamse school was dat niets nieuws, maar voor deze school wel. Om te kijken hoe het met deze kinderen ging, gaf ik die klas zelf Engels.
Ik kijk op veel dingen met plezier terug. Zeker ook op de buitenlandse reizen, die ik geïnitieerd heb. Tot op de dag van vandaag kom ik in Ridderkerk oud-leerlingen tegen die steevast beginnen over de reis naar Londen als hun leukste schoolherinnering. Daardoor besef ik nog extra hoe betekenisvol we als school voor hen zijn geweest.